Nieuwe diagnostische criteria voor multiple sclerose in de praktijk

Klinische praktijk
B.W. van Oosten
F. Barkhof
C.H. Polman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2004;148:1417-22
Abstract

Dames en Heren,

Multiple sclerose (MS) kenmerkt zich door een grote verscheidenheid aan klachten en symptomen. Hierdoor kunnen er diagnostische problemen ontstaan en verkeren patiënten bij wie deze diagnose wordt overwogen vaak geruime tijd in onzekerheid. Door het gebrek aan diagnostische en therapeutische mogelijkheden moest men dit vroeger accepteren. Intussen bestaat er ruime ervaring met MRI als diagnostisch instrument met een grote sensitiviteit voor MS. En op therapeutisch gebied is het nu mogelijk het ziektebeloop gunstig te beïnvloeden.1

Tegen deze achtergrond ontstond de behoefte de uit 1983 daterende diagnostische criteria voor MS van Poser et al. te herzien (tabel 1).2 Dit heeft geleid tot de criteria volgens McDonald et al. (tabel 2 en 3).3 In beide sets van criteria gaat het om het verkrijgen van objectief bewijs van uitbreiding (disseminatie) in tijd en plaats van neurologische verschijnselen die passen bij demyelinisatie, waarbij dus…

Auteursinformatie

VU Medisch Centrum, Postbus 7057, 1007 MB Amsterdam.

Afd. Neurologie: hr.dr.B.W.van Oosten en hr.prof.dr.C.H.Polman, neurologen.

Afd. Radiologie: hr.prof.dr.F.Barkhof, neuroradioloog.

Contact hr.dr.B.W.van Oosten (bw.vanoosten@vumc.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties