Samenvatting
Doel
Nagaan of bij patiënten met persisterende klachten van het houdings- en bewegingsapparaat, bij wie elders de diagnose ‘Lyme-ziekte’ was gesteld, inderdaad Lyme-ziekte aanwezig was.
Plaats
Polikliniek Reumatologie, Eemlandziekenhuis Amersfoort en Academisch Ziekenhuis Utrecht, Utrecht.
Opzet
Descriptief, prospectief.
Methode
Op grond van anamnese, lichamelijk onderzoek, vroegere medische gegevens en classificatiecriteria voor Lyme-ziekte werd vastgesteld of er Lyme-ziekte in het spel was (geweest) of niet.
Resultaten
Gedurende een periode van 2 jaar werden 37 achtereenvolgende patiënten met een gemiddelde leeftijd van 50 jaar onderzocht. Bij 20 patiënten (54) was inderdaad sprake (geweest) van Lyme-ziekte. Van deze 20 patiënten hadden 2 patiënten erythema migrans, 1 patiënt actieve synovitis van een knie, 1 patiënt acrodermatitis chronica atrophicans (deze 4 patiënten waren niet behandeld) en 1 patiënt persisterende chronische oligoartritis. Bij 17 patiënten bleek de diagnose ‘Lyme-ziekte’ ten onrechte gesteld, voornamelijk op basis van aspecifieke, niet-inflammatoire klachten van het houdings- en bewegingsapparaat.
Conclusie
In de onderzochte patiëntengroep met persisterende houdings-bewegingsklachten was de diagnose ‘Lyme-ziekte’ vrijwel even vaak terecht als ten onrechte gesteld.
Reacties