Multidisciplinaire richtlijn ‘Apparent life threatening event’ (ALTE)

Klinische praktijk
Maartje M.J.W. Wijers
Ben A. Semmekrot
Hans J.A. de Beer
Adèle C. Engelberts
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2009;153:A590
Abstract

Samenvatting

  • Om consensus te bereiken over de diagnostiek, de begeleiding en de follow-up van kinderen met een ‘apparent life threatening event’ (ALTE) werd een multidisciplinaire richtlijn opgesteld door de Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde en het Kwaliteitsinstituut voor de Gezondheidszorg CBO.

  • Alle kinderen met een ALTE die met spoed worden gepresenteerd, moeten 24-72 h klinisch worden geobserveerd in de 2e lijn, waarvan tenminste 24 h met behulp van een cardiorespiratoire monitor. De observatie hoeft niet langer te duren dan noodzakelijk om het incident te verklaren.

  • De meest voorkomende oorzaken van een ALTE zijn gastro-oesofageale reflux (31%), neurologische insulten (11%) en lageluchtweginfecties (8%).

  • Bevindingen uit een gerichte anamnese en uit lichamelijk en neurologisch onderzoek vormen de leidraad voor verder onderzoek en begeleiding volgens het opgestelde stroomdiagram.

  • Bij alle met een ALTE opgenomen kinderen moet bepaling van het volledige bloedbeeld en van de CRP- en glucoseconcentratie, bloedgasanalyse en oriënterend urineonderzoek verricht worden, en moet een portie crisisurine worden ingevroren voor eventueel later metabool onderzoek.

  • Bij een ALTE wordt routinematige thuismonitoring niet aanbevolen.

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum Groningen, afd. Kindergeneeskunde, Groningen.

Canisius-Wilhelmina Ziekenhuis, afd. Kindergeneeskunde, Nijmegen.

Dr. B.A. Semmekrot, kinderarts-neonatoloog.

Kwaliteitsbureau Nederlandse Vereniging voor Kindergeneeskunde/CBO, Utrecht.

Dr.ir. H.J.A. de Beer, senior adviseur richtlijnontwikkeling.

Orbis Medisch Centrum, afd. Kindergeneeskunde, Sittard.

Dr. A.C. Engelberts, kinderarts.

Contact dr. B.A Semmekrot (b.semmekrot@cwz.nl)

Verantwoording

De werkgroep ALTE bestond uit: dr.ir. J.J.A. de Beer, senior adviseur richtlijnontwikkeling Kwaliteitsbureau NVK/CBO); dr. B.A. Semmekrot, kinderarts-neonatoloog (voorzitter); drs. R.P.G.M. Bijlmer, kinderarts-intensivist (tot januari 2005); dr. A.C. Engelberts, kinderarts; dr. M.P. L’Hoir, psycholoog en psychotherapeut; dr. K.F.M. Joosten, kinderarts-intensivist; dr. K D. Liem, kinderarts-neonatoloog; drs. J.C. Mulder, kinderarts; drs. E.A.J. Peeters, kinderneuroloog; drs. C.J.G.M. Rosenbrand, jeugdarts n.p. en senior adviseur richtlijnontwikkeling CBO; drs. A.M. Schlooz, kinder- en jeugdpsychiater; dr. W.J. de Waal, kinderarts; drs. M.M.J.W. Wijers, thans kinderarts, destijds aios.
De klankbordgroep was als volgt samengesteld: M. van Bergen-Rodts, voorzitter Kind en Ziekenhuis, Vereniging Kind en Ziekenhuis; drs. A.N. Bosschaart, kinderarts Forum Educatief, Utrecht; dr. J.G. van Enk, kinderarts SKAZ/NVK; drs. S. Flikweert†, huisarts, NHG; I.J.M. Harms, kinderarts n.p., Zorgverzekeraars Nederland; drs. R.A. Lichtveld, arts, Stichting Landelijke Meldkamer en Ambulanceprotocollen; drs. J.F. Lim-Feijen, jeugdarts en adviseur, Jeugdgezondheidszorg bij Zorg, organisatie voor zorgondernemers; drs. E.M. van de Putte, kinderarts, SAAK/NVK; W.G. van Rijswoud, kinderverpleegkundige, Vereniging Kinderverpleegkundigen; dr. M. Schols, psycholoog, Pedagogen en Psychologen in Algemene Ziekenhuizen; drs. R. Vecht-Van den Bergh, kinder- en jeugdpsychiater, Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie; drs. P. Vermeer, jeugdarts, Artsen Jeugdgezondheid Nederland; M.L. Willemsen, medisch-maatschappelijk werker, Nederlandse Vereniging van Maatschappelijk Werkers.
Het Nederlands Signaleringscentrum Kindergeneeskunde coördineerde de incidentiecijfers van ALTE in Nederland.
Aanvaard op 7 mei 2009
Belangenconflict: geen gemeld. Financiële ondersteuning: geen gemeld.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties