Samenvatting
Met de ontwikkeling van organoïden als driedimensionale modelorgaantjes is het mogelijk geworden de groei van menselijke organen na te bootsen in kweekschaaltjes. Omdat deze modelorgaantjes worden gemaakt van weefsel of stamcellen van patiënten, blijven de genetische eigenschappen van de patiënt behouden en zijn het specifiekere ziektemodellen dan cellijnen en proefdieren. Het gebruik van organoïden voor pathofysiologisch onderzoek heeft ons begrip van veel ziekten al vergroot. Organoïden worden nu al gebruikt voor patiëntspecifieke medicijntesten bij cystische fibrose en dit zal snel ook mogelijk worden voor andere ziekten met een genetische oorzaak. Daarnaast kan transplantatie van eigen, genetisch gecorrigeerde organoïden een nieuwe behandeloptie worden. Om het potentieel van organoïden in de geneeskunde volledig te benutten moeten onder andere de kweken verder gestandaardiseerd en geoptimaliseerd worden om een betere orgaan- of ziekterepresentatie te bereiken. Hiermee zouden organoïden in rap tempo de gepersonaliseerde en regeneratieve geneeskunde kunnen veranderen.
Reacties