Amyotrofische laterale sclerose (ALS) is een progressief verlopende neurodegeneratieve aandoening van het centrale en perifere motorisch neuron.1 De ziekte veroorzaakt paresen van extremiteiten, rompmusculatuur en bulbaire spiergroepen. De mentale functies blijven volledig intact. De ziekte openbaart zich meestal tussen het 40e en 60e levensjaar. In Nederland wordt de diagnose ‘ALS’ bij ongeveer 450 patiënten per jaar gesteld. De meeste patiënten overlijden binnen 3 jaar na het stellen van de diagnose door verlammingen van de ademhalingsmusculatuur. De oorzaak van ALS is onbekend en een causale therapie is niet beschikbaar. Alleen riluzol, een glutamaatremmer, geeft een marginale levensverlenging.2
Door de jaren heen zijn vele hypothesen over de etiologie van ALS naar voren gebracht. Ook virale infecties zijn herhaaldelijk geopperd als mogelijke oorzaak van de ziekte. Echter, het is nooit gelukt om een virus te kweken uit weefselmateriaal van patiënten en ook bij serologisch onderzoek zijn er nooit aanwijzingen gevonden voor…
Reacties