Samenvatting
Doel
Vaststellen of een ziektecluster van 22 gevallen van pleuramesothelioom onder vrouwen in de periode 1989-2002 samenhangt met bronnen van asbestblootstelling in het milieu, zoals met asbest verharde weggetjes en erven.
Opzet
Ecologische studie.
Methode
De regionale kankerregistratie selecteerde over de periode 1989-2002 alle gevallen van histopathologisch bevestigd pleuramesothelioom onder vrouwen in de regio Twente (n = 59). In de patiëntendossiers en door contacten met huisartsen en familieleden werd informatie verzameld over de beroepsanamnese, beroepen van directe familieleden (vooral echtgenoot en vader) en woonadressen vanaf jonge leeftijd. Milieublootstelling aan asbest werd aangenomen voor casussen met een langdurig verblijf in het risicogebied rond Goor met aantoonbare lokale milieuverontreiniging door asbest; enig contact met asbest in beroep of huishouden werd uitgesloten.
Resultaten
In het risicogebied rond Goor, met 28 casussen van pleuramesothelioom, kon van 10 vrouwen worden vastgesteld dat de genoemde milieubron de oorzaak was van het mesothelioom. Van 4 vrouwen was deze milieubron de waarschijnlijkste oorzaak. De gemiddelde cumulatieve asbestblootstelling bedroeg 0,11 vezeljaren. De vastgestelde extra incidentie van 22 casussen was voor 64 (14/22) het gevolg van milieublootstelling aan asbest.
Conclusie
De milieublootstelling aan asbest in het gebied rondom Goor was de belangrijkste verklaring van de sterk verhoogde incidentie van pleuramesothelioom onder vrouwen in dit gebied. Bij een gelijk risico voor mannen zullen de gevolgen van de asbestverontreiniging in het risicogebied rond Goor in de komende 25 jaar elk jaar 2 extra gevallen van pleuramesothelioom bedragen.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151:2453-9
Reacties