Medisch beleid ten aanzien van de uitslag van cytologisch screening-onderzoek van de cervix uteri

Klinische praktijk
J.A. Wijnen
A.C. Drogendijk
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:2146-50

Inleiding

Hoewel geen grootschalige prospectieve trials zijn uitgevoerd om de effectiviteit van cytologische screening van de cervix uteri te onderzoeken, bestaat geen onzekerheid meer dat de incidentie, morbiditeit en mortaliteit van het infiltrerende cervixcarcinoom door periodiek screening-onderzoek van de gehele populatie-at-risk kan worden verminderd. Maar het realiseren ervan ontmoet wel veel problemen, vooral als men naar een optimaal rendement streeft, wat onder meer inhoudt dat vrouwen bij wie de bevindingen afwijkend zijn ook adequaat worden behandeld.1-9 Het besluit van de overheid het bevolkingsonderzoek in ons land voortaan door de huisarts te laten uitvoeren is in dit tijdschrift door Lammes kritisch besproken.4 Hij wees op een aantal valkuilen die uit het bevolkingsonderzoek, gehouden in de periode 1976-1985 in de proefregio's Nijmegen, Rotterdam en Utrecht, naar voren zijn gekomen.

Kort samengevat gaat het om de volgende punten. De interpretatie van een cytologische uitslag is niet eenvoudig en vergt de nodige…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis RotterdamDijkzigt, afd. Gynaecologie en Obstetrie, Rotterdam.

Dr.J.A.Wijnen (tevens Dr.Daniël den Hoed KliniekRotterdamsch Radio-Therapeutisch Instituut, afd. Oncologische Gynaecologie, Rotterdam; thans: St. Clara Ziekenhuis, afd. Gynaecologie en Obstetrie, Olympiaweg 350, 3078 HT Rotterdam) en prof.dr.A.C.Drogendijk, vrouwenartsen.

Contact dr.J.A.Wijnen

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties