Medicamenteuze preventie van osteoporose bij gebruik van corticosteroïden

- Twenty-five per cent of the patients using corticosteroids for long periods of time develops at least one fracture. Corticosteroids lead to osteoporosis through increase of renal calcium excretion and decrease of intestinal calcium absorption, bone formation by osteoblasts and serum levels of sex hormones.

- In spite of guidelines according to which patients protractedly using corticosteroids should take sufficient calcium and colecalciferol, only about one-tenth of them takes any form of medication to prevent osteoporosis.

- It seams advisable to prescribe additional anti-osteoporosis medication for patients using ≥ 7.5 mg prednisone during at least 3 months and who have a low mineral density of bone; only of biphosphonates a preventive effect clearly has been demonstrated. For postmenopausal women, hormonal suppletion therapy may offer additional benefit, reducing the risk of cardiovascular disease.

Samenvatting

- Bij 25 van de patiënten die langdurig corticosteroïden gebruiken, ontstaat tenminste één fractuur. Corticosteroïdgebruik leidt tot osteoporose door toename van de renale calciumexcretie en afname van de intestinale calciumabsorptie, door afname van de botaanmaak door osteoblasten en door afname van de serumconcentraties geslachtshormonen.

- Ondanks het bestaan van richtlijnen volgens welke patiënten die langdurig corticosteroïden gebruiken voldoende calcium en colecalciferol dienen in te nemen, gebruikt maar ongeveer eentiende van hen een vorm van medicatie om osteoporose te voorkomen.

- Het lijkt zinvol patiënten die ≥ 7,5 mg prednison gebruiken gedurende tenminste 3 maanden en die een lage botmineraaldichtheid hebben, additionele anti-osteoporosemedicatie voor te schrijven; alleen van bisfosfonaten is het preventieve effect duidelijk aangetoond. Voor postmenopauzale vrouwen kan hormonale suppletietherapie bijkomende voordelen bieden door het verminderen van het risico van hart- en vaatziekten.