Zie ook het artikel op bl. 2717.
Matige alcoholconsumptie is door de Voedingsraad gedefinieerd als 1 tot 2 consumpties per dag (10-20 g ethanol), verspreid over de week. Men kan goede wetenschappelijke argumenten aanvoeren voor een beschermend effect van matige alcoholconsumptie op het optreden van hart- en vaatziekten. Daarvoor kan men het beschikbare bewijs toetsen aan de criteria voor de causaliteit van een observationeel verband, dat wil zeggen sterkte van het verband, consistentie, specificiteit, biologische plausibiliteit, coherentie en experimenteel bewijs. Meer dan 50 prospectieve cohortonderzoeken hebben consistent een 20-30-risicoverlaging voor een hartinfarct gevonden bij matige alcoholconsumptie.1 Deze risicoverlaging blijft na correctie voor verschillende verstorende variabelen, zoals roken, maar ook voor de aanwezigheid van diegenen onder de niet-drinkers die vanwege ziekte zijn gestopt met drinken (‘sick-quitters’). Daarnaast is de risicoverlaging zo groot, dat deze niet eenvoudig verklaard zou kunnen worden door ongemeten verstorende factoren. Tenslotte wordt in landen met…
Reacties