Samenvatting
De invloed van een multidisciplinaire behandeling in het hooggebergte op de longfunctie van volwassen CARA-patiënten is niet goed onderzocht. In dit onderzoek werden 150 CARA-patiënten vóór en na een verblijf van 3 maanden in een hooggebergtekliniek (Nederlands Astmacentrum Davos) onderzocht. Plethysmografische longfunctiegegevens werden verzameld bij opname en ontslag, evenals gegevens over het medicijngebruik. De patiënten werden verdeeld in 3 groepen: een groep met asthma bronchiale (n = 34), een groep met een matig ernstige chronische obstructieve longaandoening (COPD; n = 97) en een groep met ernstige COPD (n = 19). De grootste verbetering in longfunctiewaarden werd vastgesteld in de groep met matig ernstig COPD, waarbij het geforceerd expiratoir volume in 1 seconde (FEV1) vóór en na bronchusverwijding met salbutamol toenam met respectievelijk 6 en 7. Indien de groepen werden onderverdeeld in atopische en niet-atopische patiënten, bleek de niet-atopische groep met COPD de meeste verbetering in longfunctiewaarden te vertonen. De histaminedrempel (uitgedrukt als 10logPC20) verbeterde alleen in de groep met matig ernstige COPD. Het orale gebruik van corticosteroïden tijdens opname verminderde in de groep met matig ernstige COPD van gemiddeld 7,5 mg per dag naar gemiddeld 5,0 mg per dag. Geconcludeerd wordt dat bij CARA-patiënten zowel longfunctie als medicijngebruik verbetert na 3 maanden multidisciplinaire behandeling in het hooggebergte.
Reacties