Zie ook de artikelen op bl. 2697 en 2715.
Rond 1900 woedde er in Calcutta een epidemie van een dodelijke koortsende ziekte, die lokaal bekend stond als kala-azar. William Leishman ontdekte, in uitstrijkjes van een milt, dat deze ziekte werd veroorzaakt door een parasiet. Hij meende dat het hier om de trypanosoom ging, een parasiet die al in 1895 was ontmaskerd als de veroorzaker van slaapziekte. Zijn collega Charles Donovan stelde echter vast dat de parasiet nauw verwant was aan de trypanosoom, maar niet identiek ermee. De parasiet en de ziekte werden naar Leishman vernoemd: Leishmania. Met de ontdekking dat de parasiet door een insect werd overgebracht, kwam de mogelijkheid van preventie in zicht. Iedereen verwachtte dat daarmee de epidemie snel bestreden zou zijn. Leishman, een bescheiden man maar met visie, merkte echter op dat er in de tropische geneeskunde nog veel zaken onbekend waren.1 Hij kreeg gelijk…
Reacties