Langerhans-cel-histiocytosis (histiocytosis X); 20 jaar ervaring in het Emma Kinderziekenhuis, 1969-1988

Onderzoek
R.M. Egeler
J. de Kraker
P.A. Voûte
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1993;137:955-60
Abstract

Samenvatting

Doel

Evaluatie van een bij Langerhans-cel-histiocytosis (LCH) gehanteerd behandelingsschema, alsmede van de aard en het aantal restverschijnselen van de ziekte.

Plaats

Het Emma Kinderziekenhuis te Amsterdam.

Patiënten en methoden

Gedurende 20 jaar werden 50 patiënten met LCH onderzocht en behandeld. Groep A bestond uit 18 patiënten met één bothaard of alleen huidafwijkingen. Groep B bestond uit 24 patiënten met multifocale ziekte, gelokaliseerd in het skelet en in de weke delen, al of niet met huidaandoeningen, diabetes insipidus of beide. Groep C bestond uit 8 patiënten met multifocale ziekte èn orgaanfunctiestoornissen in de lever en (of) de longen en (of) het hematopoëtische systeem. De behandeling van de patiënten bestond uit curettage, radiotherapie, toepassing van corticosteroïden (ter plaatse van de aandoening of oraal) of chemotherapie. Een enkele maal werd er afgewacht. Indien naast adequate ondersteunende therapie chemotherapie noodzakelijk was, werd een combinatie van vincristine, cytarabine en prednisolon gebruikt.

Resultaten

Uiteindelijk waren alle patiënten uit groep A in complete klinische remissie en slechts 2 patiënten hadden restafwijkingen. In groep B waren 21 patiënten (88) in complete klinische remissie, van wie 8 (33) met restverschijnselen. Eén patiënt stierf aan een apudoma zonder tekenen van LCH en bij 2 (8) bleef chronische LCH bestaan. Uit groep C waren 5 patiënten (63) in complete remissie, van wie 1 diabetes insipidus als restverschijnsel had. Er overleden 2 patiënten (25) en bij 1 patiënt bleef de ziekte bestaan.

Conclusie

De gebruikte combinatie van celdeling-remmende en immunosuppressieve middelen, waarvan één tevens een antivirale component heeft, is niet toxisch. De effectiviteit is voor deze niet maligne ziekte voldoende en de behandeling kan grotendeels poliklinisch worden uitgevoerd.

Auteursinformatie

Emma KinderziekenhuisHet Kinder AMC, afd. Kindergeneeskunde, werkgroep Kindertumoren, Amsterdam.

R.M.Egeler (thans: Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Sophia Kinderziekenhuis, afd. Hematologie-Oncologie, Gordelweg 160, 3038 GE Rotterdam), dr.J.de Kraker en prof.dr.P.A.Voûte, kinderartsen.

Contact R.M.Egeler

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties