Lang zullen we leven?

Klinische praktijk
C. van Proosdij
J.F.B.M. Fiolet
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1988;132:1177-9

Heer olifant hoe oud zijt gij?

Wel duizend jaar tennaastebij

Dames en Heren,

‘Ik zou niet weten wat ik tussen al die oude mensen moet doen’, zegt een 95-jarige man tegen zijn 70-jarige zoon. Die heeft zojuist voorzichtig geïnformeerd of vader ervoor voelt om ook in het bejaardenoord te komen wonen waar hij sinds ruim een jaar tot zijn volle tevredenheid verblijft. Vader werd zes dagen geleden in het ziekenhuis opgenomen; morgen zal hij naar huis teruggaan. De indicatie voor opneming was: sinds enkele dagen toenemend kortademig, moe, zelfverwaarlozing, CARA. Wat dit laatste betreft: vier jaar geleden werd poliklinisch een röntgenfoto van de thorax gemaakt; de enige afwijking bestond uit tekenen van longemfyseem. Dit onderzoek is herhaald, met dezelfde uitslag. In de medische voorgeschiedenis komen overigens geen bijzondere ziekten voor. Bij onderzoek na opneming: goed compos mentis, maar ondervoed en uitgedroogd. Bij lichamelijk onderzoek als enige afwijking diffuus verzwakt ademgeruis…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis, afd. Interne Geneeskunde, Maastricht.

Dr.C.van Proosdij, klinisch geriater; J.F.B.M.Fiolet, internist.

Contact C.van Proosdij, Loosdrechtsebos 5, 1213 RH Hilversum

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties