Samenvatting
In de periode 1976 t.m. 1982 werden 146 patiënten na een in opzet curatieve operatie wegens colon- of rectumcarcinoom volgens een vast schema gecontroleerd. Bij 40 patiënten (27) werd een recidief vastgesteld, van wie 4 een in opzet curatieve heroperatie konden ondergaan. Anamnese, lichamelijk onderzoek, thoraxfoto's en coloscopie bleken nuttige methoden om recidieven en metachrone carcinomen op te sporen. De waarde van bepaling van het CEA-gehalte, echografie van de lever en computertomografie zijn, de daaraan verbonden kosten in aanmerking nemend, nog van twijfelachtige waarde bij het opsporen van eventueel behandelbare recidieven.
Reacties