Samenvatting
Doel
Het beschrijven van de resultaten van de omzetting van artrodese van het heupgewricht naar een totale heupprothese (THP) binnen het Erasmus MC, Rotterdam.
Opzet
Retrospectieve studie.
Methode
Gegevens werden verzameld uit de statussen van de patiënten bij wie in de periode 1 januari 1985-31 december 2003 een artrodese van de heup was omgezet naar een THP. Het ging om 13 patiënten, van wie er 1 was overleden en 2 werden geëxcludeerd vanwege dementie respectievelijk ernstige psychische stoornissen. De overige 10 patiënten (5 vrouwen en 5 mannen) kregen vragen over de kwaliteit van leven opgestuurd (‘Short form-36’) en de vraag of zij de operatie opnieuw zouden ondergaan. De heupfunctie werd bepaald met de ‘Harris hip score’ (HHS) en de zwakte van gluteusspieren met de test van Trendelenburg. Verder werden de preoperatieve en de recentste röntgenfoto’s van het bekken beoordeeld.
Resultaten
Ten tijde van de THP was de mediane leeftijd van de 10 patiënten 45 jaar (uitersten: 21-62). De mediane tijd tussen artrodese en THP was 15 jaar (uitersten: 2-50), en tussen de THP en de follow-up zat mediaan 5 jaar (uitersten: 0-18). Ipsilaterale kniepijn en lage rugpijn waren de belangrijkste redenen voor omzetting en deze klachten waren bij de meeste patiënten na de operatie verminderd. Bij follow-up was de mediane HHS 75,0 (uitersten: 44,7-99,4). De test van Trendelenburg was bij 5 patiënten positief. Er hadden 6 patiënten periarticulaire ossificaties zonder bewegingsbeperkingen. Er gaven 9 patiënten aan de operatie opnieuw te ondergaan als zij weer voor dezelfde keuze zouden staan.
Conclusie
Artrodese van de heup was een redelijke behandeloptie voor jonge patiënten met een eenzijdige heupaandoening.
Ned Tijdschr Geneeskd. 2007;151:2148-53
Reacties