Samenvatting
Doel
Kenmerken bepalen van verpleeghuispatiënten tijdens het verblijf in het verpleeghuis en bij ontslagoverlijden.
Opzet
Transversaal onderzoek.
Methode
Gegevens voor de peildatum 30 september 1991 werden ontleend aan het landelijke SIG Verpleeghuis Informatie Systeem (SIVIS), een patiëntgebonden registratie, waaraan meer dan 80 van de verpleeghuizen deelneemt. Het onderzoek betrof 45.471 patiënten (23.395 somatische en 22.076 psychogeriatrische patiënten).
Resultaten
Veel voorkomende morbiditeit betrof cerebrovasculair accident, neurologische aandoeningen, aandoeningen van het bewegingsapparaat en dementie. Er was een hoge mate van invaliditeit ten aanzien van de activiteiten van het dagelijks leven en de mobiliteit. Somatische patiënten verbleven gemiddeld ongeveer 1 jaar en psychogeriatrische patiënten bijna 2,5 jaar in het verpleeghuis. De zwaarte van de zorg voor verpleeghuispatiënten was ten opzichte van het verleden toegenomen. Eén op de 3 patiënten kon na revalidatie naar huis of naar het verzorgingstehuis. (De meeste anderen overleden uiteindelijk in het verpleeghuis.)
Conclusie
Tijdens het verblijf in een verpleeghuis kenmerken verpleeghuispatiënten zich vooral door chronische aandoeningen. Dientengevolge doet zich invaliditeit op een breed gebied voor, onder andere ten aanzien van zelfzorg, mobiliteit en psychisch functioneren. Voor een deel van de patiënten vervaagt de grens tussen uitsluitend somatische en psychogeriatrische verpleging.
Reacties