Isotoon of hypotoon onderhoudsinfuus voor kinderen?

Nieuws
Reinoud J.B.J. Gemke
Marc van Heerde
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2015;159:A8841
Download PDF

artikel

Waarom dit onderzoek?

Hypotone vloeistof als onderhoudsinfuus bij opgenomen kinderen is gerelateerd aan hyponatriëmie, neurologische morbiditeit en mortaliteit. Van oudsher worden echter vaak hypotone infuusvloeistoffen gebruikt voor kinderen, ook in Nederland.

Onderzoeksvraag

Wat is het vóórkomen van hyponatriëmie (natrium: < 135 mmol/l, en > 3 mmol/l gedaald ten opzichte van de uitgangswaarde) gedurende het toedienen van een infuus met een isotone of hypotone oplossing (natriumwaarde respectievelijk 140 en 77 mmol/l)?

Hoe werd dit onderzocht?

In deze Australische trial werden 690 kinderen die om uiteenlopende redenen gedurende minimaal 6 h behandeld werden met een onderhoudsinfuus gerandomiseerd tussen isotone (PlasmaLyte 148 met glucose 5%) en hypotone infuusvloeistof (glucose 5% NaCl 0,45%). Zij werden gedurende 72 h vervolgd of tot het eerdere moment waarop minder dan 50% van het onderhoudsvocht via het infuus werd toegediend. Secundaire uitkomstmaten waren het vóórkomen van hypernatriëmie, hyperchloremie, metabole alkalose en hersenoedeem.

Belangrijkste resultaten

In de groep die isotone vloeistof kreeg ontstond hyponatriëmie bij 12 patiënten (4%) vergeleken met 35 patiënten (11%) in de hypotone-vloeistofgroep (oddsratio: 0,31; 95%-BI: 0,16-0,61; p = 0,001). Bij 7 patiënten ontstond ernstige hyponatriëmie (natrium: < 130 mmol/l); symptomatische hyponatriëmie werd niet gevonden. Het risico op hyponatriëmie bleek het grootst in de eerste 6 h na de start van het infuus. Er was geen verschil in het vóórkomen van hypernatriëmie tussen beide groepen. De meeste bijwerkingen waren gelijk verdeeld over beide groepen, waarbij convulsies iets vaker leken voor te komen in de hypotone-vloeistofgroep (p = 0,07).

Consequenties voor de praktijk

Deze studie is aanleiding om het frequente gebruik van hypotone infuusvloeistoffen bij kinderen in Nederland kritisch te bezien. Bij toediening van het juiste volume van isotone infuusvloeistof blijkt er nauwelijks een verhoogd risico te bestaan op hypernatriëmie, terwijl het risico van hyponatriëmie bij hypotone vloeistoffen substantieel is. De zorg voor hypoglykemie is vooral bij jonge zuigelingen aanleiding tot een ‘gemakkelijke’ keuze voor een met glucose gecombineerde hypotone infuusvloeistof. Dit kan worden opgelost door afzonderlijke glucosetoediening.

Literatuur
  1. McNab S, Duke T, South M, Babl FE, Lee KJ, Arnup SJ, et al.140 mmol/L of sodium versus 77 mmol/L of sodium in maintenance intravenous fluid therapy for children in hospital (PIMS): a randomised controlled double-blind trial. Lancet. 28 november 2014 (epub). Medline

Auteursinformatie

Contact (rjbj.gemke@vumc.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties