Diabetes mellitus type II (de niet van insuline afhankelijke vorm van diabetes mellitus) wordt gekenmerkt door een verminderde functie van de ?-cellen van het pancreas, waardoor een relatief tekort aan insuline ontstaat. Bovendien is er in de lever, de spieren en het vetweefsel resistentie tegen insuline. Diabetes mellitus type II is met een prevalentie van 1,5 de meest voorkomende endocriene aandoening en daarmee een belangrijk probleem binnen de gezondheidszorg. Er is veel geïnvesteerd in onderzoek, niet alleen naar vroege diagnostiek en de behandeling, maar ook naar de primaire oorzaak van het ziektebeeld en een mogelijke genezing ervan.
Bij patiënten met diabetes mellitus type II wordt afzetting van een amorf neerslag rond de ?-cellen in de pancreaseilandjes aangetroffen. Het neerslag wordt amyloïd genoemd, omdat het te kleuren is met stoffen die ook zetmeel (amylum) kleuren. Het bestaat uit een eiwit, dat de naam ‘islet amyloid polypeptide’ (IAPP) of ‘amyline’ kreeg. Dit…
Reacties