Samenvatting
Doel
Nagaan of ischemie een rol speelt in de pathogenese van de chronische anale fissuur.
Opzet
Descriptief, deels prospectief.
Plaats
Polikliniek van de afdeling Heelkunde, Academisch Ziekenhuis Dijkzigt te Rotterdam.
Methode
Tijdens de eerste fase van het onderzoek werd bij 31 controlepersonen en bij 147 patiënten met uiteenlopende colorectale aandoeningen de druk in het anale kanaal gemeten en werd de bloedvoorziening (flux) van de anodermis onderzocht door middel van laser-Doppler-flowmetrie. Tijdens de tweede fase van het onderzoek werden beide metingen verricht bij 27 opeenvolgende patiënten met een chronische fissura ani, zowel voor als 6 weken na laterale interne sfincterotomie.
Resultaten
Er was een significante correlatie tussen de anale druk enerzijds en de bloedvoorziening van de anodermis aan de achterzijde anderzijds: hoe hoger de druk, des te lager de flux. Bij patiënten met een chronische fissura ani was de spanning van de inwendige kringspier aanzienlijk hoger dan bij de controlepersonen. Dit ging gepaard met een verminderde doorbloeding van de anodermis ter plaatse van de fissuur. Zes weken na laterale interne sfincterotomie was de fissuur bij 24 patiënten genezen. De anale druk was significant gedaald en de anodermale bloedvoorziening op de fissuurplaats was significant verbeterd.
Conclusie
De resultaten van ons onderzoek bevestigen het vermoeden, dat een chronische anale fissuur een ischemisch ulcus is.
Reacties