Invasieve diagnostiek en behandeling van de urinewegen bij de foetus

Klinische praktijk
R.J. Scholtmeijer
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1990;134:2080-3

Zie ook het artikel op bl. 2076.

Op 12 juni van dit jaar bracht een commissie van de Gezondheidsraad advies uit over het onderwerp ‘Het ongeboren kind als patiënt’.1 De commissie maakt onderscheid tussen ‘open’ (met chirurgische opening van de baarmoeder) en ‘gesloten’ ingrepen en ontraadt op dit moment het verrichten van ‘open’ ingrepen bij de mens. Ten aanzien van de ‘gesloten’ behandelingen acht zij alleen de therapie bij rhesusantagonisme van bewezen waarde. De waarde van behandeling van hartritmestoornissen en van urinewegafsluiting is volgens de commissie minder duidelijk.

In diverse centra, ook in Nederland, worden reeds geruime tijd diagnostische en soms ook therapeutische ingrepen uitgevoerd aan de urinewegen bij de ongeborene. De eerste diagnostische en therapeutische ingrepen bij de ongeborene dateren uit het begin van de zestiger jaren, toen door amniocentesis cytogenetisch en biochemisch onderzoek van amnioncellen en vruchtwater mogelijk werd.23 Nadien was men in staat om…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Sophia Kinderziekenhuis, afd. Kinderurologie, Gordelweg 160, 3038 GE Rotterdam.

Prof. dr.R.J.Scholtmeijer, kinderuroloog.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties