Samenvatting
Doel
Bepalen van de effectiviteit (sterfte) en efficiëntie (opnameduur) van intensivecare(IC)-behandeling na opnamen wegens een voorafgaande hartoperatie of pneumonie, op basis van gegevens in de stichting Nationale Intensive Care Evaluatie (NICE).
Opzet
Descriptief.
Methode
Uit de NICE-databank werden gegevens over de periode 1 januari 1997-31 december 2001 overgenomen over opnamen na een hartoperatie en opnamen wegens pneumonie. Geanalyseerd werden veranderingen in de tijd, risicofactoren voor sterfte, en verschillen tussen ziekenhuizen.
Resultaten
Er waren 26.463 opnamen na een hartoperatie in 5 ziekenhuizen en 1408 opnamen wegens pneumonie in 18 ziekenhuizen. Het aandeel klepoperaties nam toe van circa 10 tot circa 25. In de groep klepoperaties was er een toename van de gemiddelde leeftijd en van het aantal patiënten met comorbiditeit. De ziekenhuissterfte na een hartoperatie verschilde niet in de diverse ziekenhuizen, de ICU-opnameduur wel. De gemiddelde ziekenhuissterfte in de pneumoniegroep was 33,9. Tussen de ziekenhuizen waren er verschillen in sterfte (zowel absoluut als gecorrigeerd voor ernst van ziekte) en in ICU-opnameduur.
Conclusie
Met de NICE-registratie zijn verschillen en trends zichtbaar te maken, die gebruikt kunnen worden om de kwaliteit binnen de IC-geneeskunde in Nederland te bevorderen.
Reacties