Samenvatting
- Epidemiologische onderzoeken en familieonderzoeken hebben aangetoond dat genetische factoren een belangrijke rol spelen in de pathogenese van de chronische inflammatoire darmziekten (CIDZ): colitis ulcerosa en de ziekte van Crohn.
- De genetische gevoeligheid voor CIDZ is complex, en volgt niet de Mendeliaanse wetten. Het onderzoek naar de betrokken genen wordt verder bemoeilijkt door klinische en genetische heterogeniteit.
- Met moderne moleculair-biologische technieken is het mogelijk de chromosomale locaties en genen van complexe, immuungemedieerde ziekten, waaronder CIDZ, daadwerkelijk te identificeren.
- Door genetisch associatieonderzoek is een rol vastgesteld van de genen van het humaan leukocytenantigeen(HLA)-systeem en van polymorfismen in de cytokinegenen in de pathogenese van CIDZ.
- Een andere onderzoeksmethode betreft screening van het gehele genoom met gebruikmaking van microsatellietmarkers en zogenaamd ‘affected sib-pair’-onderzoek. Hiermee zijn inmiddels 2 chromosomale locaties geïdentificeerd (IBD1 op chromosoom 16 en IBD2 op chromosoom 12) die met CIDZ samenhangen.
- De bevindingen voor CIDZ kunnen worden geëxtrapoleerd naar andere immuungemedieerde ziekten waaraan een genetische gevoeligheid ten grondslag ligt. Bepaalde chromosomale locaties blijken geassocieerd te zijn met meerdere auto-immuunziekten. Dit suggereert dat er twee soorten genen betrokken zijn bij deze ziekten: genen die coderen voor eiwitten die een sleutelrol spelen in de immuunrespons en predisponeren voor auto-immuunziekten in het algemeen, en ziektespecifieke genen die verantwoordelijk zijn voor het fenotype en de ernst van de ziekte.
Reacties