Immunologie in de medische praktijk. I. Inleiding

Opinie
R. Benner
H. Hooijkaas
R.J.M. ten Berge
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1997;141:1767-8
Abstract

Zie ook het artikel op bl. 1769.

De fundamentele immunologie heeft zich de laatste decennia stormachtig ontwikkeld. Kende men in de jaren zestig de lymfocyt als een cel die ‘iets met de afweer had te maken’, nu zijn structuur en functie van oppervlaktereceptoren en van door lymfocyten geproduceerde cytokinen voor een groot deel bekend, evenals de wijze van signaaltransductie. Ook werden in de afgelopen jaren structuur en functie van het ‘major histocompatibility complex’ (MHC), ook wel humaan-leukocytenantigeen(HLA)-systeem, opgehelderd, werd inzicht verkregen in hoe antigeenpresentatie en -herkenning plaatsvinden en hoe de diversiteit in antistofproductie totstandkomt. Bestudering van transgene en ‘knock-out’-muizen leidt tot meer inzicht in de rol van verschillende moleculen in de immuno(patho)fysiologie.

De vertaling van al deze ontwikkelingen naar de kliniek loopt hierbij ver achter en begint zich nog maar net af te tekenen. De genoemde vorderingen hebben hun vruchten al wel afgeworpen op het terrein van de laboratoriumdiagnostiek, bijvoorbeeld…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis Rotterdam-Dijkzigt, afd. Immunologie, Postbus 1738, 3000 DR Rotterdam.

Prof.dr.R.Benner en dr.H.Hooijkaas, immunologen.

Academisch Medisch Centrum, afd. Inwendige Geneeskunde, Postbus 22.700, 1100 DE Amsterdam.

Mw.dr.R.J.M.ten Berge, internist.

Contact prof.dr.R.Benner

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties