Samenvatting
Een 40-jarige vrouw en een 47-jarige man presenteerden zich met acute, houdingsafhankelijke hoofdpijn. Bij hen werd een spontaan liquorhypotensiesyndroom vastgesteld. MRI met gadoliniumcontraststof liet aankleuring van de pachymeninx zien. Cisternografie wees bij de vrouw op liquorlekkage ter plaatse van de cauda equina. Een coffeïne-infuus noch een epidurale ‘bloedpatch’ hielp, maar de klachten verdwenen spontaan. Bij de man wees cisternografie op een lek op niveau Tiii. Na behandeling met een bloedpatch ter plaatse verdwenen de klachten snel. Typisch voor liquorhypotensiesyndroom is de houdingsafhankelijke hoofdpijn. Deze wordt gewoonlijk minder bij liggen en erger bij overeind komen, maar het omgekeerde is ook beschreven. Deze hoofdpijn kan in korte tijd, soms zelfs peracuut, ontstaan en continu aanhouden. De oorzaak is meestal liquorlekkage uit een ruptuur van de dura mater, die spontaan kan optreden. De diagnose kan worden ondersteund door een gadolinium-MRI, waarbij een sterke aankleuring van de pachymeninx wordt gezien. Tevens kunnen subdurale vochtophopingen voorkomen. Met indium-pentetreotidecisternografie kan men vaak het liquorlek opsporen. Intraveneuze coffeïne en het aanbrengen van een autologe epidurale bloedpatch zijn mogelijke behandelingsopties, maar spontaan herstel kan ook optreden.
Ned Tijdschr Geneeskd 2005;149:996-1000
Reacties