Samenvatting
In Nederland zijn er twee disciplines betrokken bij thoraxchirurgie. Ten eerste zijn er algemeen chirurgen, omdat thoraxchirurgie aanvankelijk vooral bestond uit de chirurgische behandeling bij longtuberculose, bronchiëctasieën en empyemen. Nadat tuberculostatica beschikbaar waren gekomen, werd de operatieve behandeling van longtuberculose minder belangrijk en werden long-/thoraxoperaties voornamelijk nog uitgevoerd wegens longcarcinoom. Ten tweede zijn er cardiopulmonale chirurgen (tegenwoordig ‘cardiothoracale chirurgen’ geheten), die ook hartoperaties mogen verrichten. Voor de algemeen thoraxchirurg is de behandeling van longcarcinoom in stadium I en II het belangrijkst. In trialverband wordt ook onderzocht of chirurgische behandeling van patiënten met longcarcinoom in stadium IIIA na inductiechemotherapie tot een verbetering van de behandelresultaten kan leiden. Videogeassisteerde thoracoscopische chirurgie (VATS) is een interessante ontwikkeling, waardoor volumereductiechirurgie voor longemfyseem weer actueel is geworden. Voor een goede kwaliteit van de thoraxchirurgie is een goede opleiding belangrijk. Voldoende opleidingsplaatsen met een adequate organisatie en financiering zijn een voorwaarde om in de toekomst een tekort aan thoraxchirurgen te voorkomen.
Reacties