De drie antwoorden op bovengenoemde vraag in de rubriek Vraag en antwoord heb ik met grote belangstelling gelezen (1990; 2109). De vraag, wat het minimumaantal bevallingen is voor een beroepsbeoefenaar die nog op verantwoorde wijze de praktische verloskunde wil uitoefenen, zou in de nabije toekomst wel eens van grote betekenis kunnen blijken. Wanneer in de nieuwe organisatievorm van de gezondheidszorg het primaat van de verloskundige volgens de ziekenfondsregeling zou komen te vervallen, komen duizenden huisartsen voor de vraag te staan of zij wellicht een aantal zwangeren per jaar zelf zullen gaan begeleiden, inclusief de bevalling. Het aantal beroepsbeoefenaren dat de eerstelijnsverloskunde zou gaan beoefenen, zou dan kunnen verveelvoudigen, en het gemiddelde aantal bevallingen per beroepsbeoefenaar zou daarmee evenredig kunnen dalen.
Het antwoord van de gynaecoloog op bovengenoemde vraag doet mijns inziens geen recht aan het belang van het probleem en is daarom teleurstellend. In feite komt het erop neer dat…
Artikelinformatie
Citeer dit artikel als
Reacties