HIV en zwangerschap

Klinische praktijk
A.C.C. van Oppen
K. Boer
G.A. Mulder-Kampinga
H.J. Scherpbier
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1995;139:970-5

De Gezondheidsraad ontraadde in 1986 een zwangerschap aan vrouwen die seropositief waren voor het humane immunodeficiëntievirus (HIV) en adviseerde een abortus bij een bestaande zwangerschap.1 De idee bestond dat een zwangerschap de ontwikkeling van AIDS kon versnellen, waarbij de kans op perinatale transmissie werd geschat op 50. In het kader van een nieuw advies geven wij in dit artikel een overzicht van de geschatte prevalentie van HIV tijdens de zwangerschap in Nederland, van de kans op ziekteprogressie door zwangerschap, van de frequentie en wijze van overdracht van HIV naar het kind en van de mogelijkheden tot preventie.

De nederlandse situatie

Het advies uit 1986 om zwangere vrouwen met risicofactoren voor een HIV-infectie een HIV-test aan te bieden was erop gericht hen een abortus te laten overwegen bij gebleken infectie. Bij vrouwen met een HIV-risico vindt de eerste zwangerschapscontrole echter relatief vaak pas plaats na 20 weken (20 versus 13…

Auteursinformatie

Academisch Medisch Centrum, Meibergdreef 9, 1105 AZ Amsterdam.

Afd. Verloskunde en Gynaecologie: dr.K.Boer, gynaecoloog.

Afd. Neonatologie en afd. Kindergeneeskunde: mw.H.J.Scherpbier, kinderarts.

Contact Humaan Retrovirologisch Laboratorium: mw.G.A.Mulder-Kampinga

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties