De ontwikkeling van het beleid
De bemoeienissen van de Amsterdamse Gemeentelijke Geneeskundige en Gezondheidsdienst met de zich ontwikkelende drugproblematiek waren aanvankelijk zeer bescheiden. In de jaren zestig en zeventig beperkten zij zich tot de behandeling van ‘flippende’ LSD-gebruikers en van jongeren die intraveneus amfetamine spoten. Vooral de agressie, de psychotische toestanden en de lichamelijke uitputting die bij hen werden aangetroffen, eisten medische zorg en aandacht.1
Toch betroffen deze medisch-psychiatrische beelden slechts een klein deel van de druggebruikers. De behandeling van de verslaafden was aanvankelijk vrijwel uitsluitend aan particuliere hulpverleningsinstellingen opgedragen. De GG & GD trad slechts op bij duidelijke medische problemen en (of) openbare gezondheidszorgproblemen.
Introductie van heroïne
Met de introductie van de heroïne in de zomer van 1972 is de rol van de GG & GD geleidelijk aan belangrijker geworden. Met de komst van de heroïne verscherpten zich de verhoudingen in de ‘drugscene’ aanmerkelijk. De hele business werd…
Reacties