Samenvatting
Doel
Onderzoek naar de variatie in oordelen tussen inspecteurs van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) in het systeem van gefaseerd toezicht op de verpleeghuiszorg en naar de relatie tussen het type oordeel en de aan- of afwezigheid van onderbouwing daarbij.
Opzet
Descriptief, kwantitatief, retrospectief.
Methode
In totaal werden 4914 oordelen met bijbehorende onderbouwingen van 26 inspecteurs uit 182 toezichtrapporten geanalyseerd. De oordelen waren in 2005 en 2006 gegeven op 25 criteria voor verantwoorde zorg in verpleeghuizen. Om de inspecteurs en hun oordelen over verschillende instellingen te kunnen vergelijken, werd met covariantieanalyse statistisch gecorrigeerd voor instellingskenmerken.
Resultaten
Er waren statistisch significante verschillen in beoordeling tussen de inspecteurs. Na correctie voor instellingskenmerken bleven voor 14 van de 25 criteria significante verschillen bestaan. Tevens bleek de aanwezigheid van een onderbouwing bij een oordeel zowel afhankelijk te zijn van de inspecteur als van het gegeven oordeel.
Conclusie
Beoordelaarsverschillen tussen inspecteurs spelen een rol in de tweede fase van het gefaseerd toezicht op de verpleeghuizen. De IGZ zal resultaten van dit onderzoek gebruiken om haar toezicht verder te ontwikkelen.
Reacties