Sinds het advies van de commissie Keuzen in de Zorg uitkwam,1 heeft het begrip ‘passende’ zorg een hoge vlucht genomen.2-4 ‘Passende’ zorg betekent vooral passende indicatiestelling, wat primair een zaak is van artsen en andere hulpverleners in de gezondheidszorg en niet van zorgverzekeraars en overheden.4-6 In dit licht moeten de opzet en uitkomsten van het ‘Dutch inventory of invasive coronary atherosclerosis treatments’ (DUCAT)-onderzoek worden gezien.7 Dit project introduceerde in Nederland de zogeheten RAND-methode voor vaststelling van de ‘passendheid’ van beslissingen over het te voeren medisch beleid bij patiënten met bepaalde pathologische verschijnselen.8 Het DUCAT-onderzoek richtte zich op het behandelbeleid (beleidsbeslissingen) bij coronairsclerose. Het ging daarbij om drie behandelvormen: coronaire omleidingsoperatie (CABG), percutane transluminale coronairangioplastiek (PTCA) en conservatieve therapie. CABG is een chirurgische ingreep waarbij een bloedvat van de patiënt dient voor het leggen van een omleiding om een of meer vernauwingen (stenosen) in een kransslagader…
Het behandelbeleid in Nederland bij coronairsclerose: passende en minder passende indicaties voor invasieve ingrepen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1996;140:1584-7
Aanvaard op
Ned Tijdschr Geneeskd. 1996;140:1584-7
Vakgebied
Reacties