Waterpokken is in Nederland een veelvoorkomende infectieziekte die meestal goedaardig verloopt. Bij sommige personen, zoals zwangeren, ongeboren kinderen en immuungecompromitteerde personen, kan deze aandoening echter ernstig en soms zelfs fataal verlopen. Tijdige toediening van varicella-zosterimmuunglobuline (VZIG) als postexpositieprofylaxe (PEP) na een significante blootstelling aan varicella-zostervirus (VZV) kan dit ernstige beloop verminderen of soms zelfs voorkomen.
In 2010 werd de multidisciplinaire richtlijn ‘Varicella’ gepubliceerd om overeenstemming te bereiken over het correct en tijdig bepalen van de serostatus voor varicella, indicaties voor PEP en de termijn waarbinnen PEP toegediend moet worden. In de recent gereviseerde richtlijn is deze termijn verruimd (https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/varicella/startpagina_-_varicella.html). Ook is er een hoofdstuk toegevoegd over de behandeling van waterpokken met antivirale middelen.
Verruiming termijn postexpositieprofylaxe
In de richtlijn uit 2010 werd geadviseerd om VZIG toe te dienen binnen 96 h na een significante blootstelling aan het VZV en werd dit ontraden wanneer de significante blootstelling langer dan…
Reacties