Beste collega’s,
In deze klinische les gaan we het hebben over zorgverlening aan niet-Nederlandse EU-inwoners. Binnen de EU is het makkelijker geworden om naar andere landen te reizen en er te werken. Daardoor kan het vaker voorkomen dat mensen uit een ander EU-land, gepland of ongepland, gebruikmaken van de Nederlandse gezondheidszorg. Dat gaat gepaard met enkele praktische uitdagingen.
Patiënt A, een 49-jarige Tsjechische bouwvakker die voor een tijdelijke klus in Nederland werkt, valt van een steiger. Het ambulancepersoneel treft een bewusteloze man aan, met een intacte circulatie en ademhaling. De patiënt wordt per ambulance naar de Spoedeisende Hulp (SEH) gebracht. Bij aankomst in het ziekenhuis wordt de patiënt geïntubeerd. De man wordt geïdentificeerd en via het Nationaal Contactpunt voor e-Health Nederland (NCPeH-NL) wordt zijn patiëntdossier uit Tsjechië opgevraagd. Dit gebeurt zonder zijn toestemming, aangezien hij niet in staat is zijn wil te uiten en het een spoedeisende situatie betreft waarin voor hem ernstig nadeel dreigt te ontstaan. Uit het medisch dossier blijkt dat de patiënt hypertensie en diabetes mellitus type 1 heeft en allergisch is voor amoxicilline.
Op de SEH meldt zich later de Tsjechische partner van de patiënt, samen met haar 14-jarige zoon. De zoon spreekt Nederlands en tolkt voor zijn moeder. De vrouw vertelt dat…
Reacties