Samenvatting
Doel
Inventariseren van de opvang en de behandeling van patiënten met buikklachten op de spoedeisendehulp(SEH)-afdeling, door eerstehulp(EH)-artsen samen met specialisten.
Opzet
Retrospectief, beschrijvend.
Plaats
Onze Lieve Vrouwe Gasthuis, SEH-afdeling, Amsterdam.
Patiënten en methode
Van de 3235 patiënten met buikklachten die in 1997 de SEH-afdeling bezochten, werden gegevens verzameld over diagnostiek, behandeling en beloop. De patiënten zonder verwijzing werden behandeld door EH-artsen, die eventueel een specialist consulteerden. De patiënten met verwijzing werden door specialisten behandeld.
Resultaten
Van de 2931 patiënten die zich in het onderzoeksjaar éénmaal meldden, kwamen 1975 patiënten (67) zonder verwijzing. Van deze groep, door de EH-arts behandeld, konden 1557 (79) zonder specialistische hulp naar de huisarts verwezen worden. Dit was 53 van de 2931 patiënten met buikklachten. In vergelijking met de specialist werd door de EH-arts beduidend minder aanvullend onderzoek aangevraagd. Van de patiënten kon 91 conservatief behandeld worden en moest 9 worden geopereerd. Er overleden 53 patiënten. Van de 304 patiënten die de SEH-afdeling meer dan éénmaal in dit jaar bezochten, werd bij 28 patiënten de diagnose niet gesteld (17 door de EH-arts en 11 door de specialist). Van deze patiënten werden 23 patiënten in tweede instantie geopereerd.
Conclusie
De SEH-organisatie in het OLVG, met EH-artsen in combinatie met specialisten, leek goed te functioneren; morbiditeit, sterfte en aantal niet-gestelde diagnosen waren acceptabel. De EH-arts leek met relatief weinig diagnostische onderzoeken een grote groep patiënten buiten de tweedelijnsgezondheidszorg te kunnen houden.
Reacties