Gezondheidsraad-rapport 'Radiofrequente elektromagnetische velden (300 Hz-300 GHz)'

The Health Council of the Netherlands in 1997 issued a report updating the guidelines for maximum acceptable exposure to radiofrequency electromagnetic fields formulated in 1975. The new recommendations are based on thermal effects for frequencies over 10 MHz. The committee considers the results of studies indicating non-thermal effects such as direct damage to DNA, not reliable enough to be used in setting exposure limits. Electromagnetic interference by electromagnetic fields generated by hand-held telephones may indirectly result in threats to health if vital medical equipment is affected. The committee advises people wearing an implanted pacemaker not to carry a portable telephone that is in stand-by mode in close proximity to the pacemaker; a minimum distance of 15 cm should be observed.

Zie ook de artikelen op bl. 1542 en 1559.

In 1975 deed de Gezondheidsraad aanbevelingen voor de maximaal aanvaardbare blootstelling aan radiofrequente elektromagnetische (EM)-velden.1 Sedertdien zijn die aanbevelingen door de wetenschappelijke ontwikkelingen achterhaald. Daarom heeft de voorzitter van de raad op 15 februari 1995 een commissie ingesteld met de opdracht de wetenschappelijke stand van zaken op dit gebied te inventariseren en nieuwe aanbevelingen te doen voor grenswaarden voor blootstelling aan dergelijke velden.

Op 28 januari 1997 publiceerde de Gezondheidsraad het nieuwe rapport over de invloed van radiofrequente EM-velden op de gezondheid.2 Hierin stelt de commissie gezondheidskundig verantwoorde limieten voor blootstelling aan EM-velden voor. In dit artikel geef ik een overzicht van de inhoud van het rapport, waarbij aan de orde komen: bronnen waaraan men kan worden blootgesteld, effecten bij mens en dier, resultaten van experimenteel en epidemiologisch onderzoek, specifieke risicogroepen en aanbevelingen voor blootstellingslimieten.