Samenvatting
Doel
Onderzoeken van de veranderingen in de gezondheid en het zorggebruik van vluchtelingen na het verkrijgen van een verblijfsvergunning.
Opzet
Prospectieve cohortstudie.
Methode
De 1e meting van het onderzoek ‘Gevlucht – gezond?’ vond plaats in 2003-2004 bij 410 asielzoekers en mensen met een verblijfsvergunning uit Afghanistan, Iran en Somalië. Van deze groep interviewden we 172 personen in de periode 1 juni 2010-1 juli 2011 opnieuw. Tijdens deze 2e meting hadden alle respondenten een verblijfsvergunning: 104 hadden ook al een vergunning tijdens de 1e meting en 68 kregen er een in de tussenliggende periode. We analyseerden de veranderingen in gezondheid en zorggebruik voor dit 2e cohort en maakten daarbij onderscheid tussen langdurige en recente verblijfsvergunninghouders.
Resultaten
Bij langdurige vergunninghouders steeg de prevalentie van zelfgerapporteerde diabetes mellitus van 8 naar 21%, en van hypertensie van 13 naar 24 %. Bij recente vergunninghouders daalde het aantal chronische aandoeningen; ze rapporteerden gemiddeld 3,0 chronische aandoeningen (0,7 minder dan tijdens de 1e meting). Hoewel bij deze groep de prevalentie van mentale problemen ook afnam, beleef deze hoog: 16% had een posttraumatische stressstoornis en 40% had angst of depressie. Overgewicht en obesitas kwamen veel voor. Het aantal contacten met verschillende zorgverleners, onder wie huisartsen, steeg tussen beide metingen, voornamelijk voor de groep recente vergunninghouders.
Conclusie
Vluchtelingen blijven psychische klachten houden, ook in de jaren na het verkrijgen van een verblijfsvergunning, en vormen een hoogrisicogroep voor het ontwikkelen van een posttraumatische stressstoornis. Mogelijk zijn vluchtelingen, met name ouderen, ook een hoogrisicogroep voor het ontwikkelen van hart- en vaatziekten. Daarom is continue aandacht voor het psychosociaal welbevinden van vluchtelingen en nader onderzoek naar hun cardiovasculaire risicoprofiel nodig.
Reacties