Samenvatting
Weinig is bekend over de ziektegeschiedenis en de doodsoorzaak van de componist Wolfgang Amadeus Mozart (1756-1791). In tegenstelling tot wat vaak wordt aangenomen, heeft Mozart als kind niet aan ongebruikelijk veel ziekten geleden. Ook als volwassene verkeerde hij in het algemeen in goede gezondheid. Op 9-jarige leeftijd maakte hij een levensbedreigende ziekte door, waarschijnlijk typhus abdominalis. Links had hij wat sindsdien bekend staat als een ‘Mozart-oor’, een platte oorschelp met onderontwikkeling van de anthelicale curvatuur. Zijn psychische gesteldheid doet vermoeden dat hij niet uitzonderlijk was, maar op normale manier reageerde op de gebeurtenissen in zijn leven. Zijn terminale ziekte werd gekenmerkt door oedeem van handen en voeten, zonder dat daarbij dyspnoe werd beschreven. De medische behandeling was agressief: klysma, meerdere aderlatingen en behandeling met een laxeermiddel. Hij werd in een anoniem graf gelegd. De schedel die later aan hem werd toegeschreven, heeft niet aan hem toebehoord, omdat geen gebitselement past bij het tandabces waarvan bekend is dat hij dat doormaakte. Als doodsoorzaak is een overdosis kwik tijdens behandeling van syfilis onwaarschijnlijk, evenals Henoch-Schönlein-purpura en de gevolgen van acuut reuma. Trichinosis is een recente hypothese, waarbij de terminale symptomen passen, alsmede het feit dat Mozart een liefhebber van varkensvlees was. De diagnose van zijn arts Closset luidde ‘hitsiges Frieselfieber’, mogelijk veroorzaakt door één van de in die tijd vaak voorkomende infectieziekten.
Reacties