Samenvatting
De gedragsvariant van frontotemporale dementie (gvFTD) is een neurodegeneratieve ziekte met symptomen van karakterveranderingen, gedragsveranderingen en sociaal-cognitieve veranderingen die voornamelijk optreedt op een leeftijd tussen 40 en 70 jaar.
70% van de patiënten met gvFTD heeft frontotemporale atrofie bij beeldvormend onderzoek. Wanneer dit niet duidelijk het geval is, ontstaat een diagnostisch dilemma.
Gevalideerde vragenlijsten voor stereotiep gedrag, depressieve symptomen en apathie, en een neuropsychologisch onderzoek met testen die sociale cognitie onderzoeken, kunnen goed helpen om gvFTD te onderscheiden van psychiatrische en neurologische aandoeningen.
MRI van de hersenen bij patiënten met gedragsveranderingen is altijd geïndiceerd. Frontale of temporale atrofie op MRI-scans van de hersenen vormt voldoende ondersteuning voor de diagnose ‘waarschijnlijke gvFTD’. Bij twijfel kan aanvullend een 18F-FDG-PET-scan worden verricht, maar hypometabolisme op een dergelijke scan kan een fout-positieve uitslag zijn.
Bij een vermoeden van gvFTD zijn een multidisciplinaire aanpak, klinische follow-up gedurende 2 jaar of een verwijzing naar een FTD-expertisecentrum aanbevolen.
Reacties