Samenvatting
Doel
Inzicht krijgen in het vóórkomen van fecale incontinentie naar leeftijd en geslacht, in de hulpvraag, de geboden behandeling en de invloed op de kwaliteit van leven onder zelfstandig wonende personen van 60 jaar en ouder.
Opzet
Enquête en interview.
Methode
Een lijst met vragen over het vóórkomen van fecale incontinentie en het vragen van hulp aan de huisarts werd in 2000 gestuurd naar personen van 60 jaar en ouder, die stonden ingeschreven bij 7 huisartspraktijken in en rond Nijmegen. In een interview met personen met fecale incontinentie werd verder gevraagd naar de hulpvraag en naar psychosociale gevolgen van de incontinentie.
Resultaten
Van de 3887 verstuurde enquêteformulieren waren er 3345 beschikbaar voor analyse, afkomstig van 1536 mannen en 1809 vrouwen. Fecale incontinentie kwam voor bij 204 personen (6), even vaak bij mannen als bij vrouwen en vaker bij toenemende leeftijd. Eenderde van de respondenten had hulp gezocht voor de klachten (67/204; 33), meer vrouwen (58) dan mannen (42). Van de 31 geïnterviewden, 18 mannen en 13 vrouwen, gemiddeld 71 jaar, hadden 12 expliciet hulp aan de huisarts gevraagd. De dagelijkse en sociale activiteiten werden nauwelijks beïnvloed door de incontinentie, maar wel voelden de geïnterviewden angst, schaamte of frustratie. Indien een behandeling gegeven werd (14/17), bestond deze uit het voorschrijven van opvangmaterialen (n = 2) of verwijzing naar een internist voor darmonderzoek (n = 4).
Conclusie
Fecale incontinentie kwam voor bij 6 van zelfstandig wonende personen van 60 jaar of ouder. De meesten hadden niet expliciet hulp gevraagd aan de huisarts. Er waren nauwelijks man-vrouwverschillen. De invloed op de kwaliteit van leven betrof vooral het emotionele welzijn. Therapie had in geringe mate effect.
Reacties