Farmacotherapie bij de manisch-depressieve stoornis

W.A. Nolen
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1999;143:1299-305
Abstract

Samenvatting

- Bij de behandeling van manisch-depressieve stoornissen kunnen de acute behandeling (bestrijding van de manie en de depressie) en de onderhoudsbehandeling (voorkoming van volgende episoden) worden onderscheiden. Bij beide vormen van behandeling staan de stemmingsstabilisatoren centraal: lithiumcarbonaat en de anticonvulsiva carbamazepine en valproïnezuur.

- De werkzaamheid van lithiumcarbonaat is aangetoond zowel bij de acute behandeling van manie en depressie als bij de onderhoudsbehandeling. Carbamazepine kan beschouwd worden als een goed alternatief, met name bij de acute behandeling van manie en bij de onderhoudsbehandeling. Van valproïnezuur is vooralsnog alleen de werkzaamheid bij de acute behandeling van manie aangetoond.

- Monotherapie met een stemmingsstabilisator is de eerste optie, maar in verband met onvoldoende effectiviteit is bij veel patiënten toch een gecombineerde therapie nodig: van 2 of zelfs 3 stemmingsstabilisatoren of van een stemmingsstabilisator en andere psychofarmaca.

- Bij de acute behandeling van manie zijn antipsychotica geïndiceerd bij een ernstige of psychotische manie en benzodiazepinen bij ernstige slaapstoornissen of onrust. Antidepressiva hebben als comedicatie een plaats bij de acute behandeling van de bipolaire depressie.

Auteursinformatie

Universitair Medisch Centrum Utrecht/H.C.Rümkegroep, Willem Arntsz Huis, Vrouwjuttenhof 18, 3512 PZ Utrecht.

Prof.dr.W.A.Nolen, psychiater.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties