Inleiding
Nederland heeft, gemeten naar westerse maatstaven, een sterke en goed functionerende extramurale zorg, ook voor mensen die met het humane immunodeficiëntievirus (HIV) besmet zijn. Algemeen wordt in alle stadia van deze ziekte de taak van de huisarts van groot belang geacht, en in latere stadia de taak van andere extramurale zorgverleners. Bij nieuwe ontwikkelingen wordt benadrukt dat huisartsen er als eersten mee te maken krijgen en goed op de hoogte moeten zijn. De informatievoorziening en nascholing voor huisartsen over HIV en AIDS zijn goed georganiseerd; een groot aantal huisartsen heeft kennis genomen van de theorie. Niettemin is er kritiek op het functioneren van huisartsen, hetgeen gezien de vele onzekerheden rond deze ziekte begrijpelijk is. Er zijn echter weinig betrouwbare gegevens om de kritiek te onderbouwen of te verwerpen, omdat extramuraal wetenschappelijk onderzoek op het gebied van HIV en AIDS nog nauwelijks is verricht.
Vanuit Europa wordt nauwkeurig gekeken naar…
Reacties