Enige tijd geleden is melding gemaakt van potentiële nieuwe bronnen en toevoerroutes van donoreicellen, die een revolutie van de praktijk van eiceldonatie zouden impliceren. Aan deze mogelijke alternatieven kleven ethische aspecten, die nu reeds discussie behoeven.1 Wij concentreren ons in deze bijdrage op twee potentiële innovaties:
– het gebruik van in vitro gerijpte eicellen die afkomstig zijn van vrouwen die een gynaecologische ingreep ondergaan; en
– het gebruik van eierstokken van geaborteerde foetussen.
Wij zullen eerst toelichten wat de achtergrond is van de ontwikkeling van deze mogelijke alternatieven. Vervolgens komt aan de orde welke vragen deze alternatieven toevoegen aan de agenda voor het ethisch debat over het gebruik van donorgameten.
De donoreicel – een schaars goed
Het gebruik van donoreicellen kan een interessante mogelijkheid zijn voor paren waarvan de vrouw onvruchtbaar is en voor paren met een sterk toegenomen kans op het krijgen van een gehandicapt kind. Een probleem…
Reacties