Samenvatting
Doel
Evaluatie van de resultaten van directe reconstructie na mastectomie wegens mammacarcinoom door middel van een subpectoraal geplaatste silicon-borstprothese.
Opzet
Retrospectieve analyse.
Plaats
Afdeling Chirurgische Oncologie van de Dr. Daniel den Hoed Kliniek en afdeling Heelkunde van het Zuiderziekenhuis in Rotterdam.
Methode
In de periode september 1990-juni 1993 werden bij 35 patiënten na mastectomie 37 directe reconstructies uitgevoerd door middel van subpectorale implantatie van een siliconprothese. Indicaties voor de ingreep, gevolgen voor verdere oncologische behandeling, resultaten van aanvullende plastische chirurgie en complicaties van de ingreep werden geëvalueerd.
Resultaten
De indicaties voor ablatio mammae en directe reconstructie waren: lokaal recidief na mammasparende therapie (6 ingrepen), multifocaliteit van de tumor (9), extensief carcinoma in situ (8), niet-radicaliteit bij lumpectomie (5), te verwachten slecht kosmetisch resultaat bij mammasparende therapie (6), profylaxe (2) en verzoek van patiënt (1). Er kregen 5 patiënten adjuvante chemotherapie die zonder uitstel kon worden gegeven; ook deden zich daarbij geen complicaties voor die in verband konden worden gebracht met de prothese. Aanvullende plastisch-chirurgische behandeling bestond uit 5 tepelreconstructies en 3 contralaterale mammareducties voor het herstel van de symmetrie. Bij 8 van de 37 reconstructies traden complicaties op (22). De belangrijkste waren hematoomvorming (2), infectie (4), protheseverwijdering (3), kapselvorming (2), huidnecrose (2) en protheseluxatie (1).
Conclusie
Directe reconstructie na ablatio mammae is een waardevolle aanvulling op de behandelingsmogelijkheden bij het mammacarcinoom.
Reacties