Een stevige bries

Wim Opstelten
Wim Opstelten
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2017;161:B1452

artikel

Het waait stevig in ons polderland. Vorig jaar publiceerde de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra een lange lijst met medische verrichtingen die we maar beter kunnen laten. Voor patiënten zouden ze immers geen toegevoegde waarde hebben of zelfs schadelijk zijn. Dus geen neus- of keelamandelen knippen bij kinderen wanneer ze alleen maar aspecifieke verkoudheids- of keelklachten hebben. En geen hernia opereren wanneer er alleen sprake is van rugpijn.

Dit jaar verscheen het rapport ‘Zonder context geen bewijs’ van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving, waarin de bezwaren tegen ‘evidence-based practice’ worden aangewakkerd: medisch-wetenschappelijk onderzoek alleen zou onvoldoende basis zijn voor het leveren van goede patiëntenzorg en we zouden meer aandacht moeten besteden aan de wensen en omstandigheden van patiënten en onze eigen klinische ervaring.

En de wind is nog niet gaan liggen. In dit nummer steekt orthopedisch chirurg Gosens zijn hand in eigen boezem waar hij constateert dat binnen de orthopedie en traumatologie een fors aantal behandelingen door de mand valt wanneer we ze onderwerpen aan hoogwaardig wetenschappelijk onderzoek (D1334).

Het fundament onder ons handelen, meestal zorgvuldig opgestelde richtlijnen, lijkt te wankelen. Weg met de meniscectomieën, geen plaatjes meer schroeven op gebroken sleutelbenen? Dat lijkt me te eenvoudig. Natuurlijk geven de resultaten van RCT’s niet altijd de oplossing voor het probleem van onze patiënten. Ze kunnen uitgevoerd zijn binnen een studiepopulatie waarvan de kenmerken aanmerkelijk verschillen van die van de patiënt in onze spreekkamer. Of de uitkomsten zijn weliswaar statistisch significant, maar niet klinisch relevant. En hoe groot zou de kans zijn dat alleen de RCT’s met positieve uitkomsten zijn gepubliceerd en dat de onderzoeken met negatieve resultaten in een la zijn blijven liggen? Op deze punten willen we helderheid. Zoals we ook transparantie willen over bijwerkingen en kosten.

Er is wereldwijd een ontwikkeling gaande waarin de overwegingen voor aanbevelingen in richtlijnen op deze manier worden geëxpliciteerd (A4379). Richtlijnen die op deze wijze tot stand zijn gekomen, bieden ons handvatten om samen met onze patiënten een goede afweging te maken over wat in hun situatie, met hun specifieke wensen, de meest passende zorg is. De fanatieke wielrenner zal dan wellicht kiezen voor een plaatje op zijn clavicula, terwijl de wandelaar de natuur haar gang laat gaan.

Af en toe een stevige bries: het voelt soms ongemakkelijk, maar houdt ons fris.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties