Casus
Een 6-jarig meisje met het syndroom van Down werd gezien vanwege progressieve nekpijn en een kortdurende tetraparese na een val. Op de Spoedeisende Hulp had dit functieverlies zich volledig hersteld en werd geen neurologische uitval geconstateerd. Wel bestonden er pijnklachten hoog cervicaal en vermeed het meisje bewegingen met haar nek. Een CT-scan van de cervicale wervelkolom toonde een atlanto-axiale dyslocatie, waarbij Ci gekyfoseerd en in anteropositie ten opzichte van Cii stond (figuur 1a). Er was sprake van een os odontoïdeum, een losliggend botstukje van Cii dat naar ventraal is verplaatst ten opzichte van het corpus van Cii. De afstand…
Reacties