Een lokale bijwerking van sublinguale immunotherapie

A.L.H.J. Aarnoudse
H. van den Berge
A.M.H. Bijl
B.H.Ch. Stricker
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:1632-4
Abstract

Samenvatting

Bij een overigens gezonde 31-jarige vrouw met allergische rinoconjunctivitis ontwikkelde zich een forse zwelling van de mondbodem na sublinguaal gebruik van het hyposensibilisatiemiddel ‘Slit One grassen’ als allergeenspecifieke immunotherapie. Na staken van deze medicatie verdwenen de klachten en kon patiënte worden ingesteld op subcutane immunotherapie. Ondanks het ontbreken van aanwijzingen voor ernstige bijwerkingen in klinisch onderzoek, ontvingen de Inspectie voor de Gezondheidszorg en het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb meerdere meldingen van soms ernstige lokale verschijnselen na gebruik van orale en sublinguale allergeenspecifieke immunotherapie. Vermoedelijk is er aanzienlijke onderrapportage, aangezien lokale reacties min of meer worden verwacht. Voorzichtigheid bij behandeling met allergenen blijft geboden, ook bij non-invasieve toediening.

Ned Tijdschr Geneeskd. 2006;150:1632-4

Auteursinformatie

Inspectie voor de Gezondheidszorg, Postbus 16.119, 2500 BC Den Haag.

Medisch Centrum Leeuwarden, afd. KNO-heelkunde, Leeuwarden.

Hr.dr.H.van den Berge, kno-arts.

Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, ’s-Hertogenbosch.

Mw.A.M.H.Bijl, allergoloog.

Contact Hr.A.L.H.J.Aarnoudse, arts en adjunct-inspecteur voor de geneesmiddelenbewaking; hr.prof.dr.B.H.Ch.Stricker, seniorinspecteur voor de geneesmiddelenbewaking (b.stricker@erasmusmc.nl)

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties