Samenvatting
Doel
Het bepalen van de waarde van echografisch onderzoek bij de beoordeling van palpabele mammatumoren, vooral om onderscheid te maken tussen benigne en maligne tumoren.
Opzet
Prospectief echografisch onderzoek; retrospectief werden de resultaten van het echografisch onderzoek vergeleken met die van het mammografisch onderzoek.
Plaats
Diakonessenhuis te Utrecht.
Methode
Bij 282 achtereenvolgende patiënten werden in de periode van december 1989 tot mei 1992 300 palpabele mammatumoren echografisch onderzocht en de uitslagen werden vergeleken met de uitslagen van pathologisch-anatomisch onderzoek (histologisch onderzoek bij solide tumoren, cytologisch onderzoek bij cysten). De resultaten van echografisch en mammografisch onderzoek van 241 tumoren werden vergeleken.
Resultaten
Van de 300 echografisch onderzochte palpabele tumoren werden er 297 in het onderzoek betrokken (122 carcinomen en 175 benigne afwijkingen). De sensitiviteit van het echografisch onderzoek was 97,5, de specificiteit 92,6. De voorspellende waarde voor een positieve testuitslag was 90,2.
Bij vergelijking van de uitslagen van echografie en mammografie bij 204 tumoren bleek de sensitiviteit van het echografisch onderzoek 97,4 en de specificiteit 91,0 te zijn; de sensitiviteit van het mammografisch onderzoek bedroeg 91,3 en de specificiteit 75,3.
Conclusie
Echografie van palpabele mammatumoren kan een zeer betrouwbaar diagnosticum zijn, vooral als het erom gaat onderscheid te maken tussen maligne en benigne afwijkingen.
Reacties