‘Early warning scores’ op de verpleegafdeling

Early Warning Scores (EWSs) are based on the assumption that critical illness is preceded by physical deterioration. The question is whether measuring 5 vital parameters several times a day can predict changes in a highly complex and dynamic clinical condition. Little evidence has yet been found for clinical superiority of current EWSs over good clinical assessment. If we want to predict better and act structurally proactively, the measurement frequency of vital parameters must increase and much more complex scores are needed to identify specific changes in individual patients at an early stage. It is plausible that the many innovative developments in this area are the stepping stone to an era in which care in regular nursing wards is increasingly directed in the right direction by predictive algorithms. Integration of such super EWSs in new working methods may contribute to continuously adaptive care that is ultimately better and more efficient and relieves the care provider.

Conflict of interest and financial support: none declared.

‘Early warning scores’ zijn bedoeld om te waarschuwen dat de conditie van de patiënt verslechtert. Ze werden aanvankelijk succesvol toegepast bij patiënten op de SEH, en tegenwoordig ook op verpleegafdelingen. Maar wat hebben we eigenlijk aan die scores?

‘Early warning scores’ (EWS’s) zijn gebaseerd op de terechte veronderstelling dat kritieke ziekte meestal voorafgegaan wordt door fysieke verslechtering.1,2 In het kader van verbeteracties om onopgemerkte klinische achteruitgang terug te dringen werden EWS-protocollen op grote schaal ingevoerd in Nederlandse ziekenhuizen. Nu blijkt dat EWS’s, waaronder de veelgebruikte ‘Modified Early Warning Score’ (MEWS), verslechtering van de conditie minder goed detecteren dan gedacht en mogelijk een nadelig effect hebben op de patiëntenzorg.3 Waarom is het zo ingewikkeld om met EWS’s adequaat ontregeling bij opgenomen patiënten vast te stellen?

Een opmerkelijke start

De EWS’s zijn voortgekomen uit de klassieke temperatuurlijst.4 Ze zijn niet meer dan een eenvoudige optelsom van verkregen punten per vitale parameteruitslag. De verbeterslag zat hem vooral in het structureel meten en beoordelen van een set vitale parameters, al dan niet aangevuld met klinische observaties. De vraag is of je de waarde van deze scores – die gebaseerd…