Drugsgerelateerde problemen op een afdeling Spoedeisende Hulp in het centrum van Amsterdam, juni-november 2000

To gain insight into the nature and magnitude of drug-related problems in the emergency department (ED) of a hospital (Onze Lieve Vrouwe Gasthuis) in Amsterdam, the Netherlands.

Design

Prospective, observational.

Method

During the period from June through to November 2000, the following data were recorded for all patients visiting the ED with drug-related problems: age, sex, nationality, form of presentation, presenting complaint, drugs used, diagnostics performed, treatment in the ED and clinical course leaving the ED.

Results

During the study period, 214 (1) patients were seen with drug-related problems. The largest group consisted mainly of young, foreign occasional users of soft drugs (117 patients, 55). Their complaints were aspecific and harmless. The need for additional diagnostics was limited, with no additional diagnostic tests being carried out in 178 patients (83). Treatment consisted of reassurance (50 patients, 23), observation (123 patients, 58) and medication (85 patients, 40). Nineteen patients (9) needed additional treatment (suturing, plastering, etc.). Ten patients (5) were admitted to the hospital. Reasons for admission were psychotic episodes, prolonged unconsciousness or respiratory problems.

Conclusion

The magnitude of the drug problem in an emergency department in the centre of Amsterdam and the use of medical resources were limited. The nature of the problem consisted mainly of mild symptoms following the use of soft drugs, usually by young, foreign occasional users.

Samenvatting

Doel

Inzicht verkrijgen in de aard en de omvang van drugsgerelateerde problemen op de afdeling Spoedeisende Hulp (SEH) van het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis te Amsterdam.

Opzet

Prospectief, observationeel.

Methode

In de periode juni-november 2000 werden van alle patiënten die zich met drugsgerelateerde problemen op de SEH presenteerden de volgende gegevens vastgelegd: leeftijd, geslacht, nationaliteit, wijze van presentatie, reden van komst, gebruikte middelen, gebruik van aanvullende diagnostiek, behandeling op de SEH en beloop na verlaten van de afdeling.

Resultaten

In de onderzoeksperiode presenteerden 214 (1) van de patiënten zich met een drugsgerelateerd probleem. De grootste groep betrof veelal jonge buitenlandse gelegenheidsgebruikers van softdrugs (117; 55). Hun klachten waren aspecifiek en onschuldig van aard. Aanvullende diagnostiek was in beperkte mate nodig: bij 178 patiënten (83) werd geen aanvullende diagnostiek verricht. Behandeling bestond uit geruststelling (50 patiënten, 23), observatie (123 patiënten, 58), medicatie (85 patiënten, 40). Er hadden 19 patiënten (9) een overige vorm van behandeling nodig (hechten, gipsen, enzovoort). Er werden 10 patiënten (5) in het ziekenhuis opgenomen. Redenen voor opname waren psychotische episoden, langdurig bewustzijnsverlies en respiratoire problemen.

Conclusie

De omvang van het drugsprobleem op een afdeling Spoedeisende Hulp in het centrum van Amsterdam en het beslag op medische voorzieningen waren beperkt. De aard van het probleem betrof vooral niet-ernstige symptomen na softdrugsgebruik door veelal jonge buitenlandse gelegenheidsgebruikers.