De Eerste Wereldoorlog en de geneeskunde
Op 11 november 2018 is het 100 jaar geleden dat om 11.00 uur in de ochtend de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog eindigden in een wapenstilstand tussen de Centralen en de Geallieerden.
In deze serie staan artikelen centraal over de militaire of Rode Kruis-artsen die tijdens 'de Grote Oorlog' probeerden om het onvoorstelbare lijden van soldaten en burgers te verlichten. De artsen kregen te maken met problemen die ze nog nooit hadden gezien, op een schaal die ze nog nooit hadden meegemaakt, maar waarvoor zij wel een verantwoorde oplossing moesten verzinnen. Op de themasite "wo1.ntvg.nl" vindt u alle NTvG-artikelen in deze reeks, voorzien van extra beeldmateriaal.
Samenvatting
Hoewel Nederland zich bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog neutraal verklaarde, werden in augustus 1914 200.000 mannen gemobiliseerd. Deze ontwikkeling bracht onrust in de samenleving, ook onder artsen. Niet alleen werden zij medeverantwoordelijk voor keuringen, ook werd een beroep op hen gedaan als soldaten verlof aanvroegen wegens ziekte. Veel artsen worstelden hiermee. Aan wie was de arts loyaliteit verschuldigd als de patiënt een twijfelachtig verzoek deed om een ‘ziekenbriefje’: zijn patiënt of het leger? En strookte het ziekenbriefje wel met het beroepsgeheim? In dit artikel geef ik een terugblik op een grote frustratie van Nederlandse artsen tijdens de Eerste Wereldoorlog.
Reacties