Differentiële diagnostiek bij automutilatie

Klinische praktijk
F.G. Zitman
Citeer dit artikel als
Ned Tijdschr Geneeskd. 1992;136:367-9

Inleiding

Soms brengen mensen zichzelf schade toe. Niet bij vergissing of bij gebrek aan inzicht in de situatie waarin zij verkeren, of ‘onbewust’, maar willens en wetens. Men kan zichzelf schade toebrengen door weloverwogen zijn relaties met anderen of zijn maatschappelijke positie af te breken, of door zich lichamelijk schade te berokkenen. Van dit laatste is sprake bij automutilatie, maar ook bij andere gedragspatronen: suïcide en suïcidepogingen, ‘accident proneness’, verslavingen en riskante leefgewoonten. Automutilatie onderscheidt zich van suïcide(pogingen) doordat de patiënt niet de bedoeling heeft zichzelf te doden en evenmin de indruk probeert te wekken dat hij dit wil. Bij accident proneness brengt de patiënt zichzelf niet doelbewust lichamelijk letsel toe, maar pleegt hij zich wel zo te gedragen dat hij gemakkelijk ongelukken krijgt. Bij verslavingen is het lichamelijk letsel dat de verslavende stof op den duur veroorzaakt, geen onmiddellijk beoogd effect, maar een gevolg op langere termijn dat de…

Auteursinformatie

Academisch Ziekenhuis St. Radboud, afd. Psychiatrie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen.

Prof.dr.F.G.Zitman, psychiater.

Heb je nog vragen na het lezen van dit artikel?
Check onze AI-tool en verbaas je over de antwoorden.
ASK NTVG

Ook interessant

Reacties